woensdag 26 januari 2011

Vakantiedag

Vandaag werd ik wakker in een heel groot hemelbed! Toen werd er op de deur geklopt. Ik zei: 'binnen'. En een van mijn 100 lakeien, kwam mijn ontbijt brengen. Hij vroeg: 'Heeft u lekker geslapen majesteit?´ Ik zei: ´ ja hoor', alleen dacht ik iets anders. Ik dacht: majesteit? Waarom lig ik in zo`n luxe bed, en een lakei die mijn ontbijt komt brengen? Ik stap uit mijn bed en kleed me aan. Dan vraag ik aan een lakei: 'wie is hier eigenlijk de koningin?' Want ik had het gevoel dat ik dat was? Dan lacht hij. En zegt: ' u natuurlijk majesteit! De rest van de dag bracht ik door met een beetje lezen. Maar dat lezen ging niet zo goed als altijd. Ik zat nog steeds de hele tijd te denken aan die woorden die de lakei zei tegen mij.




Het was 18:00. Er word op de deur geklopt. Weer kwam er een lakei binnen. Hij vraagt of ik kwam dineren. Ik zei: ' ik kom er zo aan'. En hij verliet mijn kamer. 5 minuten later was ik beneden.
Ik ging aan tafel. Heel de tafel was vol bedenkt met allerlei soorten eten. Iedereen zat al aan tafel. Maar het vreemden was, het was helemaal stil. Pas toen ik een hap nam van een overheerlijke witlofschaal met biefstuk, begon iedereen te praten en te eten. Het was heel gezellig. Maar toch wist ik nog steeds niet waarom ik nou hier werd behadeld als een koningin? Het was 19:00 en ik was klaar met eten. Ik zei: 'ik zit vol.' Iedereen keek me raar aan. Het bleek nou te zijn dat dat taalgebruik niet bij de koningin hoorden. Dus ik zei: 'sorry ik bedoelde ik heb genoeg gegeten.' Toen ging ik weer naar mijn kamer. Het was 22:00 en ik dacht ik ga maar slapen. Ik ging douchen en mijn tanden poetsen. Ik ging in mijn luxe waterbed liggen. En viel naar 10 minuten al in slaap.

Ik werd wakker om 10:30. Ik had lang uitgeslapen. Maar het raare was...................... Ik lag in geen hemelbed meer, geen lakei meer die mijn onbijt kwam brengen, geen mooie kamer meer. Maar een oud, pieperig bed. Een kleine kamer. En geen lakei die mijn ontbijt kwam brengen. Toen hoorde ik mijn moeder roepen: 'schatje uit bed komen er staat ontbijt.' Toen besefde ik dat het een droom was. Gelukkig maar. Ik was weer helemaal vrolijk en blij. Ik kleede me snel aan en ging naar beneden.